Toelichting weerstandscapaciteit
De weerstandscapaciteit bestaat uit de middelen en mogelijkheden waarover de provincie beschikt of kan beschikken om niet-begrote kosten te dekken. Bij weerstandscapaciteit maken we onderscheid tussen incidentele en structurele weerstandscapaciteit.
De incidentele weerstandscapaciteit kunnen we eenmalig inzetten om financiële tegenvallers op te vangen. Deze weerstandscapaciteit is de som van:
- de algemene reserve;
- de post onvoorzien voor het betreffende boekjaar;
- stille reserves.
Stille reserves bestaan uit het verschil tussen de verkoopwaarde van activa en de waarde waarvoor deze activa op de balans staan. In de berekening van de weerstandscapaciteit worden stille reserves niet meegenomen, tenzij er een concrete intentie is om de betreffende activa binnen één jaar te verkopen. De structurele weerstandscapaciteit kan terugkerend worden ingezet om financiële tegenvallers op te vangen. Deze weerstandscapaciteit bestaat uit:
- de onbenutte belastingcapaciteit;
- de post onvoorzien in de jaren na het komende jaar;
- begrotingsruimte.
Het beleid over de aanwending van de weerstandscapaciteit
Wanneer risico’s zich daadwerkelijk voordoen en er financiële schade is voor de provincie, spreken we van incidenten. In dergelijke gevallen wordt de financiële positie van de provincie aangetast en kan het voorkomen dat we maatregelen moeten nemen om de financiële positie op termijn weer op peil te brengen. Het volgende is van toepassing bij het aanwenden van de weerstandscapaciteit bij incidenten:
- Provinciale Staten wordt geïnformeerd over het incident, inclusief de achtergronden;
- Er volgt een voorstel voor het risicobedrag dat ten laste van de algemene reserve gebracht wordt, wanneer geen andere dekkingsmogelijkheden voorhanden zijn;
- Indien de algemene reserve hierdoor niet meer toereikend is, wordt een bezuinigingsvoorstel geformuleerd;
- De weerstandscapaciteit moet op peil worden gebracht als het zodanig is aangetast dat deze niet langer aan de norm voldoet. In dat geval volgt een herstelplan dat voorgelegd wordt aan Provinciale Staten.
Toelichting weerstandsvermogen
Het kengetal weerstandsvermogen drukt uit in welke mate de provincie in staat is om met financiële reserves risico’s op te vangen. Het kengetal weerstandsvermogen wordt berekend door de totale weerstandscapaciteit te delen door de hoogte van de risico’s over een periode van één jaar (incidentele weerstandsvermogen) of vier jaar (structureel weerstandsvermogen). De norm voor het minimaal aan te houden weerstandsvermogen bedraagt één. Indien ondanks genomen beheersmaatregelen het totale of het incidentele weerstandsvermogen lager wordt dan één, dan doen Gedeputeerde Staten financiële voorstellen om het weerstandsvermogen weer terug te brengen tot het minimale niveau. Daarnaast kent de financiële verordening de norm om de algemene reserve op minimaal 25 procent van de structurele algemene dekkingsmiddelen te houden. Deze structurele algemene dekkingsmiddelen worden verder toegelicht in beleidsdoel 7.1.
Incidenteel weerstandsvermogen
Berekening incidentele weerstandscapaciteit (in miljoenen €) | Begroting 2025 |
---|---|
Algemene reserve | 132,06 |
Onvoorzien (huidig boekjaar) | - |
Totaal incidentele capaciteit | 132,06 |
Berekende risico's voor 1 jaar | 30,1 |
Kengetal Weerstandsvermogen voor 1 jaar | 4,4 |
Totale weerstandsvermogen
Berekening weerstandscapaciteit (in miljoenen €) | Begroting 2025 | Raming 2026 | Raming 2027 | Raming 2028 | Totaal |
---|---|---|---|---|---|
Algemene reserve | 132,06 | 132,06 | |||
Onvoorzien (huidig boekjaar) | - | - | |||
Totaal incidentele capaciteit | 132,06 | - | - | - | 132,06 |
Onbenutte belastingcapaciteit | 281,1 | 285,6 | 290,2 | 856,9 | |
Onvoorzien (komend boekjaar) | - | - | - | - | |
Meerjarenbegrotingsruimte | - | - | - | - | |
Totale structurele capaciteit | - | 281,1 | 285,6 | 290,2 | 856,9 |
Totale weerstandscapaciteit | 988,9 | ||||
Berekende risico's voor 4 jaar | 33,1 | ||||
Kengetal Weerstandsvermogen voor 4 jaar | 29,9 |
De paragraaf risicomanagement en weerstandsvermogen betreft een actueel overzicht van de risico's afgezet tegen het huidige weerstandsvermogen. Daarom wordt deze vergeleken met de meest recente analyse, in dit geval de jaarrekening 2023 zoals berekend in februari 2024.
Uit bovenstaand overzicht blijkt dat de berekende weerstandscapaciteit op basis van de incidentele capaciteit 4,4 bedraagt (was 4,1 bij jaarrekening 2023). Deze lichte toename komt doordat de algemene reserve in omvang is toegenomen.
Volgens de 25%-norm, zoals opgenomen in de financiële verordening, zou de algemene reserve minimaal 25% van de structurele algemene dekkingsmiddelen (á € 525 miljoen in begrotingsjaar 2025) moeten bedragen. De begrote stand van de algemene reserve eind 2025 is € 132,1 en voldoet hiermee aan de minimale stand van € 131,2 miljoen.
Voor een periode van 4 jaar bedraagt de weerstandscapaciteit 29,9 (was 23,7 bij de jaarrekening 2023). Deze verhoging wordt veroorzaakt door toegenomen algemene reserve en de geactualiseerde onbenutte belastingcapaciteit.
Zowel het incidentele en structurele weerstandsvermogen valt hoger uit dan 1. Dit betekent dat in beide gevallen de totale weerstandscapaciteit groter is dan de hoogte van de risico’s.
Conclusie
Bij de begroting 2025 zijn risico’s geïnventariseerd met een totale bruto-omvang van € 48,2 miljoen. Het berekende risicobedrag (na simulatie) voor het komende jaar bedraagt € 30,1 miljoen. Het berekende risicobedrag voor de komende 4 jaar bedraagt € 33,1 miljoen. De incidentele weerstandscapaciteit bij de begroting 2025 bedraagt € 132 miljoen. Het weerstandsvermogen voor 1 jaar komt dan uit op 4,4. De totale weerstandscapaciteit bedraagt € 989 miljoen. Het weerstandsvermogen voor een periode van 4 jaar komt dan uit op 29,9. Met een zekerheid van 99% kan geconcludeerd worden dat de berekende weerstandscapaciteit toereikend is om financiële tegenvallers op te vangen.