Paragrafen

Klimaatparagraaf

De tabellen hieronder vermelden de maatregelen per transitiepad die bijdragen aan broeikasgasreductie.
Klimaat
Programmadoel 2: Klimaat en gezonde leefomgeving
Beleidsdoel 2.1: Bijdragen aan de energietransitie
Het klimaatbeleid van de provincie borgt de reductie van broeikasgassen door duidelijke doelen te stellen en mijlpalen te benoemen. Hiermee structureren we onze taken, nemen financiële beslissingen en monitoren we de voortgang jaarlijks, waarbij we indien nodig bijsturen. Dit beleid omvat een visie op een schoon, groen en klimaatbestendig Noord-Holland met een toekomstbestendig energiesysteem. Hiermee krijgen we grip op effectieve klimaatmaatregelen en zien we wat we zelf kunnen doen en waar we anderen nodig hebben, zoals het Rijk en medeoverheden. Door monitoring bepalen we de meest effectieve provinciale maatregelen en vertalen we doelen naar uitvoering in transitiepaden. Daarnaast benutten we synergie met andere provinciale doelen, zoals een gezonde leefomgeving en klimaatadaptatie. 

Maatregelen IN de provincie

Bijdrage ALS provincie in 2025

Doel

55 procent broeikasgasreductie in 2030

We maken in 2025 een nieuwe prognose voor de reductie van broeikasgassen in 2030. Daarnaast identificeren we aanvullende maatregelen en rekenen we, waar mogelijk, nieuw beleid door. We werken principes uit en integreren deze in ons werk. Ook werken we aan een provinciale strategie op natuurlijke koolstofopslag.

2

Data gedreven en kennisontwikkeling

We ontwikkelen de provinciale Klimaat- en Energieverkenning (pKEV) verder om klimaatmaatregelen uit te werken, nieuwe reductiekansen te verkennen en broeikasgassen af te vangen en op te slaan. Dit omvat de doorontwikkeling van de klimaatmonitor en een strategische onderzoeks- en evaluatieagenda. Focus ligt op CO2-verwijdering en -opslag, circulaire economie, carbon capture and storage (CCS) en energietransitie. Ook de inventarisatie van belemmerend provinciaal beleid voor klimaatdoelen in 2025 wordt opgenomen in de pKEV, waarbij ook aspecten van een gezonde leefomgeving worden betrokken.

2

Samenwerken & participatie

We actualiseren onze lobbyagenda en brengen de thema’s in bij relevante gremia: coördinatie van lobby- en strategieactiviteiten in samenwerking met het Rijk en andere provincies en partners. Ook werken we participatie en samenwerking met belanghebbenden uit en zetten die rondom de evaluatie 2025 op.

2

Energie-infrastructuur
Beleidsdoel: 2.1 Bijdrage aan de energietransitie
In 2050 is de energie-infrastructuur volledig CO2-neutraal, wat essentieel is om klimaatverandering te bestrijden. De provincie werkt aan een toekomstbestendig energiesysteem dat duurzame mobiliteit, industrie, bebouwing en landbouw ondersteunt. Tegen 2030 zijn de procedures voor netuitbreidingen goed georganiseerd met netbeheerders en gemeenten, en zijn prioritaire projecten vastgelegd in het provinciale Meerjarenprogramma Infrastructuur Energie en Klimaat (pMIEK). Er is een integrale visie op een hybride regionaal energiesysteem en er zijn dertig energiehubs gerealiseerd. Er heeft dan besluitvorming plaatsgevonden over de aanlanding van windenergie in Noord-Holland tussen 2030 en 2040. Het Noordzeekanaalgebied (NZKG) en Den Helder zijn aangesloten op het nationale waterstofnetwerk. Daarnaast zijn acht waterstoftankstations en twee waterstofbunkerstations gerealiseerd, evenals de aanlanding van 2,1 GW windenergie op zee bij Wijk aan Zee.

Maatregelen

Provinciale bijdrage 2025

Beleidsdoel

Elektriciteitsnet uitbreiden en verzwaren

In 2025 blijft de provincie werken aan de versnelling van geplande netuitbreidingen. Er worden afspraken gemaakt over de procesplanning met gemeenten, het Rijk en netbeheerders. Deze worden gemonitord door de Energyboard. Samen met het Rijk en gemeenten werkt de provincie aan de ruimtelijke inpassing van grote projecten, zoals netversterking in Noord-Holland Noord met 380 kV. Er wordt ook een besluit genomen over de aanlanding van wind op zee in Noord-Holland tussen 2030 en 2040.

2.2

Integraal
Programmeren

De provincie stelt op basis van een energievisie een pMIEK vast waarin we aangeven welke infrastructurele projecten met voorrang moeten worden opgepakt om voorbereid te zijn op het energiesysteem in 2050. De netbeheerders gebruiken dit pMIEK voor de Investeringsplannen die begin 2026 worden vastgesteld.

2.2

Slimmer gebruik
huidige netcapaciteit

Om het huidige elektriciteitsnet optimaal te benutten, ondersteunt de provincie individuele en collectieve slimme netoplossingen door kennisontwikkeling, subsidies en advisering door experts.  

2.2

Waterstof infrastructuur

De provincie voert het Noord-Hollandse Convenant Waterstof in Zware Mobiliteit uit, stimuleert waterstof in de binnenvaart via RH2INE en CONDOR, en neemt actief deel aan de ontwikkeling van het nationale waterstofnetwerk in Noord-Holland (NZKG en leiding naar Rotterdam). Daarnaast ondersteunt de provincie het projectbureau NZKG en het Ontwikkelingsbedrijf NHN voor de coördinatie van waterstofontwikkelingen en verzorgt via de omgevingsdiensten de vergunningstrajecten.

2.2

Duurzame opwek
Beleidsdoel: 2.1 Bijdragen aan de energietransitie
In 2050 is de energievoorziening vrijwel volledig duurzaam en CO2-neutraal. De provincie stimuleert lokale en hernieuwbare energiebronnen om energieonafhankelijkheid te vergroten en de afhankelijkheid van geïmporteerde fossiele brandstoffen te verminderen, wat de lange termijn energiezekerheid versterkt. Het doel is minimaal 50 procent lokaal eigendom bij hernieuwbare energieprojecten. Voor 2030 streeft de provincie naar 6,3 TWh duurzame energieopwekking (zon en wind op dak en land), waarvan 3,6 TWh in Noord-Holland Noord en 2,7 TWh in Noord-Holland Zuid.

Maatregelen

Provinciale bijdrage 2025

Beleidsdoel

RES uitvoeren en herijken

De RES 1.0 van Noord-Holland Noord en Zuid wordt herijkt in 2025, waarbij de provincie functies en belangen afstemt en richtlijnen biedt voor windmolens en zonnepanelen, rekening houdend met het landschap.

2.1

Opwek van energie op rijksvastgoed

Het programma Opwek van Energie op Rijksvastgoed treft in 2025 voorbereidingen voor grootschalige energieopwekking op rijksgronden, met focus op rijkswegen in Noord-Holland.

2.1

Opwek van energie op provinciaal vastgoed

Het programma Opwek van Energie op Provinciaal vastgoed bevindt zich in 2025 in de verkenningsfase.

2.1

Zonne-energie realiseren

De provincie biedt doorlopende subsidies voor zonne-energie boven parkeerplaatsen, zonneparkenontwerpen en participatieondersteuning.

2.1

Stichting Schooldakrevolutie, gesteund door de provincie, streeft ernaar om meer scholen in Noord-Holland te verduurzamen, met als doel het percentage scholen met schone energie te verhogen van 57 procent in 2025.

2.1

Windenergie realiseren

Gemeenten kunnen windturbines in omgevingsplannen opnemen binnen RES-zoekgebieden, met locatie-specifieke normen voor geluid en veiligheid. De provincie verleent vergunningen voor windparken.

2.1

Lokale opwek

Gemeenten zijn verantwoordelijk voor bewonerscontact en -participatie, met een streven naar 50 procent lokaal eigendom van zonne- en windparken. Energiecoöperaties worden financieel ondersteund door de provincie, die in 2025 ook gemeenten helpt bij participatie in zoekgebieden.

2.1

Gebouwde omgeving
Beleidsdoel: 2.1 Bijdragen aan de energietransitie
Beleidsdoel 3.2 Versnellen en programmeren woningbouw

In 2050 is de gebouwde omgeving volledig klimaatneutraal en de CO2-uitstoot tot (vrijwel) nul teruggebracht. Met het huidige beleid is de verwachting dat de gebouwde omgeving in Noord-Holland in 2030 nog steeds 5,4 Mton CO2-equivalent uitstoot, waarvan 2,3 Mton afkomstig is uit de utiliteit en 3,1 Mton uit de woningbouw. De provinciale doelen voor 2030 omvatten het isoleren van 226.000 koopwoningen, zodat deze geen label E, F of G hebben, het isoleren van 128.000 sociale huurwoningen en 72.000 particuliere huurwoningen. Voor de utiliteitsbouw geldt een label C-verplichting voor kantoren groter dan 100 m² per 1 januari 2023, waarbij 10.600 utiliteitsgebouwen in 2027 naar label C moeten zijn gebracht (uitfasering G-labels) en nog eens 10.600 utiliteitsgebouwen in 2030 (uitfasering F-labels). Daarnaast moeten 172.000 woningen worden aangesloten op een (hybride) warmtepomp en 86.000 woningequivalenten op een warmtenet.

Maatregelen

Provinciale bijdrage 2025

Beleidsdoel

Bovengemeentelijke samenwerking

SPDE ondersteunt gemeenten om kennis uit te wisselen, zodat niet elke gemeente het wiel hoeft uit te vinden en helpt bij het verduurzamen van wijkwarmtevoorzieningen.

2.1

Effectieve uitvoering Transitievisie Warmte

SPDE biedt data en procesondersteuning voor het opstellen van warmteprogramma's, waarbij gemeenten wijken aardgasvrij maken.

2.1

Warmtenetten realiseren

De provincie ondersteunt gemeenten bij de aanleg van warmtenetten, met name in het licht van de Wet collectieve warmte (2025).

2.1

Warmtebronnen realiseren

De provincie promoot en subsidieert onderzoek naar duurzame warmtebronnen, zoals geothermie en diathermie. Denk aan toetsing en advies voor warmtekavels en bronpotentie.

2.1

Toekomstbestendig bouwen

De provincie stimuleert circulair en biobased bouwen, inclusief het bieden van ruimte voor opslag van circulaire bouwmaterialen.

3.2

Industrie en bedrijven
Beleidsdoel: 2.1 Bijdragen aan de energietransitie
Beleidsdoel: 2.2 Bevorderen gezonde leefomgeving
Beleidsdoel: 6.1 Bevorderen van een veerkrachtige en circulaire economie

In 2050 zullen de industrieën in Noord-Holland netto klimaatneutraal en 100 procent circulair zijn. Momenteel is de CO2-uitstoot van de provincie hoger dan het landelijk gemiddelde. De uitstoot bedraagt 33 Mton CO2-equivalent in 2019, waarvan 16 Mton afkomstig is van de industrie. Voor 2030 zijn de doelen: 40 procent minder CO2-uitstoot binnen CES NZKG, inclusief 5 Mton reductie door Tata Steel, 50 procent minder primaire, abiotische grondstoffen vergeleken met 2015, stimulering van wettelijke besparingsverplichtingen bij middelgrote en grote bedrijven, en mogelijk een energiebesparingsakkoord voor 2022–2025.

Maatregelen

Provinciale bijdragen 2025

Beleidsdoel

Productie groen staal Tata Steel

Overeenkomst met Tata Steel voor projectbesluit Heracless-Groen Staal. Tata Steel vergoedt de kosten aan de provincie, verwerkt in de begroting.

2.2

Vergunningverlening, toezicht en handhaving (VTH)

Handhaven Energiebesparingsakkoord Noord-Hollandse bedrijven. Versnellen van vergunningen voor hernieuwbare energieprojecten.

2.2

Duurzame energievoorziening industrie

Bijdragen aan CES NZKG: inventariseren en realiseren van benodigde energie-infrastructuur voor verduurzaming industrie in het Noordzeekanaalgebied.

2.1

Bedrijventerreinen verduurzamen

50 procent van de bedrijventerreinen in Noord-Holland heeft een vorm van duurzaam beheer. Achthonderd ondernemers worden geholpen bij energiebesparingsmaatregelen via SPUKs.

6.1

Circulaire economie

De provincie ondersteunt bedrijven bij circulair ondernemen met behulp van een circulair ambassadeur en programma's als CIRCO-tracks. De provincie zet het beleid voort op het gebied van klimaatneutraal en circulair bouwen, inclusief ondersteuning van de Circulaire Deal Secundaire Bouwmaterialen.

6.1

Mobiliteit
Beleidsdoel: 2.1 Bijdragen aan de energietransitie
Beleidsdoel: 4.1 Realiseren perspectief mobiliteit
Beleidsdoel: 4.4 Infrastructuur verduurzamen, verbeteren en in stand houden
In 2050 is de mobiliteit voor mensen en goederen klimaatneutraal. Met het huidige beleid is de verwachting dat de mobiliteit in Noord-Holland in 2030 4,4 Mton CO2-eq uitstoot. Om 55 procent minder broeikasgas uit te stoten, mag de mobiliteit in dat jaar niet meer dan 2,1 Mton CO2-eq uitstoten, wat een extra reductie van 2,3 Mton CO2-eq vereist. De provinciale doelen voor 2030 zijn: het uitvoeren van het Regionaal Mobiliteitsprogramma (RMP) voor Noord-Holland en Flevoland, het realiseren van emissievrije bussen in 2030 en nieuwe bussen vanaf 2025, het implementeren van laad- en tankinfrastructuur volgens de Nationale Agenda Laadinfrastructuur (NAL) en de Regionale Aanpak Laadinfrastructuur (RAL), het verdelen van de doelen van het Klimaatakkoord naar Noord-Holland inclusief verduurzaming van (regionale) luchtvaart en scheepvaart, en de werkgeversaanpak mobiliteit volgens de afspraken van Coalitie Anders Reizen.

Maatregelen

Provinciale bijdragen 2025

Beleidsdoel

Regionale Agenda Laadinfrastructuur (RAL)

De provincie is opdrachtgever van MRA-elektrisch, het uitvoeringsprogramma van drie provincies (Noord-Holland, Flevoland en Utrecht) dat elektrisch rijden in de provincie stimuleert door het uitschrijven van concessies voor laadinfrastructuur.

4.1

Regionaal Mobiliteitsprogramma (RMP) Noord-Holland en Flevoland

Het RMP is de regionale uitwerking van het klimaatakkoord op het gebied van mobiliteit. De provincie gaat samen met de gemeenten vijf regionale uitvoeringsagenda's (duurzame) mobiliteit opstellen en een monitor ontwikkelen waarmee het effect van maatregelen in beeld gebracht wordt.  

4.1

Verduurzamen woon-werkverkeer

Uitvoeren van de werkgeversaanpak (project onder SBaB) bij bedrijven en instellingen in de MRA en NHN met stichting Breikers en in de regio IJmond/NZK door Omgevingsdienst IJmond.  

4.1

Duurzame brandstoffen goederenvervoer

We maken een plan van aanpak voor Clean Energy Hubs wegvervoer inclusief integratie Convenant Waterstof in Zware Mobiliteit. We voeren een landelijke strategie Clean Energy Hubs uit voor de binnenvaart. We gaan door met de ondersteuning RH2INE en CONDOR voor waterstof in de binnenvaart

4.1

Modal shift personenvervoer van auto naar fiets en ov

We stimuleren het gebruik van de fiets door het verbeteren van het regionaal fietsnetwerk en het realiseren en subsidiëren van doorfietsroutes. We stimuleren het gebruik van het openbaar vervoer, onder andere door te lobbyen voor de realisatie van OV Toekomstbeeld 2040.

4.1

Modal shift goederenvervoer van weg naar water en spoor

We financieren het modal shift-programma Noord West Connect en sturen dit programma aan. We stimuleren het vervoer van bouwmateriaal en -afval over water. We doen Onderzoek naar benodigde binnenvaartvoorzieningen voor modal shift.   

4.1

Smart Mobility

De provincie stimuleert reisgedrag met schonere vervoersmiddelen en zet slimme oplossingen in om Noord-Holland bereikbaar en leefbaar te houden via Focus Smart Mobility. Voorbeelden: het stimuleren van deelmobiliteit, de aanleg van hubs en het stimuleren van de fiets.

Landbouw en landgebruik
Beleidsdoel: 5.1 Beschermen en ontwikkelen van natuur
Beleidsdoel: 5.2 Beheren van natuur
Beleidsdoel: 5.3 Betrekken van onze partners bij bescherming en beheer van groen
Beleidsdoel: 5.4 Verbeteren kwaliteit, benutten en beheren van water
Beleidsdoel: 5.5 Regisseren Provinciaal Programma Landelijk Gebied
Beleidsdoel: 5.6 Versterken kansrijke landbouw

In 2050 is het landbouw- en landgebruiksysteem netto klimaatneutraal. Met het huidige beleid wordt verwacht dat landbouw en landgebruik in Noord-Holland 2,2 Mton CO2-eq uitstoten. Om 55 procent minder broeikasgas uit te stoten, mag de uitstoot in 2030 maximaal 1,4 Mton CO2-eq bedragen, wat een extra reductie van 0,8 Mton CO2-eq vereist. De provinciale doelen voor 2030 zijn: een jaarlijkse reductie van 0,35 Mton CO2-eq voor de glastuinbouw op basis van Scope 1-emissies, een reductie van 0,3 Mton CO2-eq voor de landbouw, 15 procent van het landbouwareaal onder biologisch beheer, en 100 procent kringlooplandbouw in 2040 volgens landelijke doelstellingen. Voor landgebruik is de doelstelling een reductie van 0,09 Mton CO2-eq uit veenweidegebieden, wat neerkomt op ongeveer 50 procent minder uitstoot volgens het PPLG.

Maatregelen

Bijdrage als provincie (in 2025)

Beleidsdoel

Veehouderij en akkerbouw

Mestbewerking

We ontwikkelen een handreiking mestbewerkingsinstallaties, houden een pilot met een mineralencentrale in Purmerend, en verlenen subsidies voor investeringen.

5.6

Efficiënter mestaanwending

We houden onderzoek naar effecten op mestregimes, en verlenen een externe opdracht voor het ‘basispad mestaanwending in NH 2030’.

5.6

Emissiearm bedrijfsmanagement

We zetten in op vermindering van methaanemissies via Feldlab Groene Hart (coaching, handreiking en studie). KPI-stimuleringsregeling in ontwerpfase.

5.6

Inkrimping veestapel

We zetten in op een vermindering van de veestapel met 15 procent ten opzichte van 2019, via stoppersregelingen, afbouw derogatie, NNN en de landelijke veebezettingsnorm.

5.6

Transitie naar duurzame energie

We voeren een meerjarenstrategie uit gericht op de energietransitie in de glastuinbouw, bieden ondersteuning aan de Greenports en verlenen subsidie voor OCAP-uitbreiding in de Greenport Aalsmeer (OCAP staat voor organic CO₂ for assimilation by plants).

5.6

Uitvoering Regionale Veenweidestrategie 1.0

We experimenteren in Laag-Holland met lisdodde, klei in veen, de aanleg van waterinfiltratiesystemen en peilverhoging.

5.3

Koolstofvastlegging in landbouwbodems

Evaluatie behoefte aanvullend beleid koolstofopslag, Keen PI-stimuleringsregeling, bodemcoaches via landbouwportaal.

5.6

Bossenstrategie uitvoeren

We planten nieuw bos aan (een groei van het areaal van 10 procent), revitaliseren bestaand bos (25 procent), planten bomen aan buiten de bossen (300 hectare agroforestry en 50 hectare voedselbossen).

5.1

Eigen organisatie
Doelen voor de provinciale organisatie in 2050:

  • Een energieneutrale organisatie (dit willlen we al in 2030 bereikt hebben)
  • Volledig circulair (geen gebruik van primaire grondstoffen)
  • Klimaatneutraal en circulair in de hele inkoop- en afvalverwerkingsketen

Onze organisatie zet in op circulariteit: in 2030 willen we 60 procent minder primaire grondstoffen gebruiken en in 2050 willen we volledig circulair zijn. De negatieve gezondheidseffecten door werktuigen zijn 75 procent minder in 2030, en de stikstofuitstoot van de provincie is dan 60 procent gedaald. Voor ons eigen energiegebruik stappen we van fossiele bronnen (aardgas, diesel, benzine) volledig over naar duurzame energie of waterstof. En in 2030 is de provincie energieneutraal. Dit betekent dat we net zoveel energie uit duurzame bronnen opwekken als we verbruiken. In het beheer van de provinciale infrastructuur stoot de provincie 55 procent minder broeikasgas uit in 2030 vergeleken met 1990.

Doelen voor provinciale organisatie in 2030:

  • 55 procent reductie van CO2-eq uitstoot in de inkoop- en afvalverwerkingsketen;
  • 60 procent reductie van primaire grondstoffen;
  • Inkopen zijn zoveel mogelijk circulair, klimaatneutraal, natuurinclusief, sociaal en met oog voor sociale waardes, en voldoen aan eisen op het gebied van diversiteit en inclusiviteit;
  • De provincie is energieneutraal en gebruikt alleen nog groene stroom;
  • Het wagenpark is emissieloos (vanaf 2027);
  • Een goed aanbod van gezond eten en effectieve afvalscheiding (in samenwerking met ons cateringbedrijf);

Activiteiten PNH

Maatregelen

Reductie-impact 2025

Duurzaam beheer provinciale Infrastructuur door:
Duurzame eisen en criteria in contracten

  • Monitoring
  • Kennisdeling en samenwerking
  • Stimuleren innovaties
  • Implementatie duurzaamheid in asset-management-processen.

Verlengen levensduur (epoxy asfalt)

  • Lagere-temperatuurasfalt
  • Hergebruikt materiaal (asfalt en beton)
  • Hergebruikte damwanden
  • Inzet elektrisch en waterstofmaterieel en -transport (SEB)
  • Duurzamere wegmarkering
  • Demontabel bouwen (IFD)

Ca 9.000 ton CO2-eq (38 procent) daling van de jaarlijkse gemiddelde CO2footprint van het beheer van de provinciale Infrastructuur (ten opzichte van 1990)

Kostenberekening levert een verhoging van ca 3 procent voor het bereiken van de CO2-emissie (55 procentreductie) en circulariteit (60 procent reductie primaire grondstoffen) doelstellingen 2030

Energieneutraal maken gebouwen en infrastructuur

  • Invoering van led en dimmen bij openbare verlichting
  • Energiezuinige objecten (bruggen, verkeersregel installaties)
  • Isolatie panden
  • Zonnepanelen
  • Warmtepompen
  • Windturbines (incidenteel)
  • Accu's (incidenteel)

Ca 4.500 ton CO2-eq ten opzichte van 1990 (schatting)

(incl. overgang van grijze stroom naar windstroom)

Ov-Concessies emissieloos

  • Inzetten op zero emissie bussen bij nieuwe concessie

Emissie in 2022 was 11.986 ton cCO2-eq (54 procent) lager dan in 2017. Cijfers voor 1990 en 2025 niet bekend.

Duurzame inkoop facilitair

  • Verduurzaming catering
  • Reductie afval en betere scheiding
  • Duurzame criteria bij onder meer meubilair, printen en beplanting

Niet bekend

Deze pagina is gebouwd op 08/29/2024 08:38:03 met de export van 08/29/2024 08:31:09